Niet alle helden dragen kilts, sommige rijpen in sherryvaten.
drie whisky’s. drie karakters.

We gaan naar Schotland. Niet letterlijk (al mag dat ook), maar in drie glazen. Eén met sherry, één met zeezout, één met lef. Maak kennis met The Glendronach, Glenglassaugh en Benriach. Drie distilleerderijen die weten wat ze doen. Al eeuwen. En dat proef je.
Glendronach
Alles begint met sherry (veel sherry)
Sinds 1826 rijpt hier alles in sherryvaten. Geen gimmick, gewoon omdat het werkt. James Allardice – de oprichter – had stijl, smaak en een neus voor wat goed is. Z’n whisky? Rijk, donker, fruitig. Denk: kersttaart, leer, kruidigheid. Minder geschikt voor je mojito, wél perfect na een lange dag jezelf zijn.
Oh, en Rachel Barrie – de Master Blender – weet precies wat ze doet. Zeg maar gerust: whisky op PhD-niveau. Resultaat? Malts die je neus én je geduld belonen.
Glenglassaugh
Whisky met zeelucht en zand tussen je tenen
Heel klein, aan zee, veel karakter. Glenglassaugh ligt aan Sandend Bay – een plek waar je eigenlijk alleen wil zijn met een goed boek en een nog beter glas. Zilte toetsen, frisse florale tonen, en dat allemaal in een fles die ruikt alsof je net een klif bent opgeklommen.
Gebrouwen met kustwater, gerijpt in zeewind. Niet voor watjes, wel voor fijnproevers met een beetje tijd.
Benriach
Voor als je eens iets anders wil
De rebel. De alleskunner. De Speyside-distilleerderij met een vatencollectie die eerder lijkt op een wereldreis dan op een voorraadkast. Van rumvaten tot virgin oak tot madeira. Alles kan, zolang het goed is.
Benriach maakt zowel peated als unpeated whisky. Wat je krijgt: laag op laag op laag. Smaak, geur, textuur. Dit is geen whisky voor beginners. Dit is whisky voor mensen die weten wat ze willen, maar toch nog verrast willen worden.